Hoe verloopt het gewoonlijk in de praktijk :
een patrouille (2-3p) houdt u staande of belt aan
zij maken zich niet kenbaar en als u hun naam en registratie nummer vraagt wordt dit geweigerd
ze vragen uw ID card
zij nemen een foto van uw ID card
u moet vragen waarom ze een foto nemen van uw ID card; ze zeggen het niet uit zichzelf
ze zeggen dat ze de foto nemen voor een boete
u ontvangt geen proces-verbaal
3 maanden later ontvangt u een brief ( 2p) waarin een vet gedrukt kader het bedrag van de boete staat en de datum van overtreding
u dient de boete op korte termijn te betalen onder de bedreiging van gerechtelijke vervolging
op de 2de pagina staat vermeld dat u kan bellen om een kopij op te vragen van het PV waarvan u het origineel nooit hebt ontvangen
indien u de boete niet betaalt wordt u gedagvaard voor de politie rechtbank.
Hoe het zou moeten gaan :
een patrouille (2-3) houdt u staande of belt aan
degene die het woord tot u richt maakt zich kenbaar ( naam, titel en politie afdeling : bvb dag mevrouw/mijnheer, ik ben Jan De Man, inspecteur, politiezone Brussel 2)
de politie legt in duidelijke bewoordingen uit dat en welke overtreding u kennelijk hebt begaan
de politie beantwoord uw vragen
de politie stelt ter plaatse een PV op of meldt u dat het PV binnen de 8 dagen via de post zal worden opgestuurd maar in dat geval ontvangt u al het PV nummer
de politie meldt u dat u, indien gewenst, op het politie kantoor al eerder inzage kan komen nemen van het PV
U ontvangt het PV en beschikt over een termijn van 15 dagen om uw verweer te laten gelden ( schriftelijk of op het politiekantoor in een PV van verhoor )
indien de PK beslist in vervolging, ontvangt u gewoonlijk voorafgaandelijk een voorstel van minnelijke regeling ( vrijwillige betaling van een geldboete )
indien u de minnelijke regeling niet aanvaard wordt u gedagvaard voor de politie rechtbank.
Als u geen PV ontvangt is de navolgende boete zonder grondslag. Een boete is altijd het gevolg van een formeel PV.
Als u een boete ontvangt ( zonder voorafgaandelijk PV ) hebt u het recht om een kopij van het PV op te vragen en te bekomen en kan u nog altijd binnen de 15 dagen verzet aantekenen. De termijn van 15 dagen begint pas te lopen na ontvangst van het PV.
Het PV moeten vermelden welke inbreuk u hebt begaan en door welke wet deze inbreuk strafbaar is gesteld.
Dit gebeurt niet omdat er geen wet is die corona inbreuken strafbaar stelt.
Art.187 van de wet op de civiele bescherming voorziet weliswaar in boetes voor wie de voorschriften van art. 181 en 182 niet naleeft maar deze artikelen hebben enkel betrekking op het opvorderen van personen in oorlogstijd of in tijden van rampenspoed en catastrofe ( art.181 ) of de verplichting om zich te verwijderen van bepaalde plaatsen in oorlogstijd, tijden van rampenspoed of catastrofe (art.182 ). Artikel 187 kan op geen enkele andere geval toegepast worden en is dus niet van toepassing op corona inbreuken die hun oorsprong vinden in Ministeriële Besluiten van de hand van één minister.
Er is sinds 30.06.2020 geen noodtoestand meer in België. De volmachtwetten van 27.03.2020 gaven aan de Koning de bevoegdheid om bestaande wetten te wijzigen, aan te vullen, aan te passen en tijdelijk op te heffen, zelfs in aangelegenheden die raken aan de Grondwet. Die bevoegdheid is uitgedoofd op 30.06.2020. Alle wetten hebben met ingang van 01.07.2020 terug hun volle rechtskracht verworven.
Art.563 bis Strafwetboek verbiedt het bedekken van het gezicht. Een wet primeert op een Ministerieel Besluit.
Op 01.07.2020 heeft de Grondwet, Titel II, inzake de rechten en vrijheden van de mens, opnieuw volle rechtskracht gekregen.
De Grondwet primeert op een Ministerieel Besluit.
Hieronder de relevante artikelen van de Grondwet.
Art. 12 De vrijheid van de persoon is gewaarborgd. Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft.
Behalve bij ontdekking op heterdaad kan niemand worden aangehouden dan krachtens een met redenen omkleed bevel van de rechter dat uiterlijk binnen achtenveertig uren te rekenen van de vrijheidsberoving moet worden betekend en enkel tot voorlopige inhechtenisneming kan strekken.
Art. 14 Geen straf kan worden ingevoerd of toegepast dan krachtens de wet.
Art. 15 De woning is onschendbaar; geen huiszoeking kan plaatshebben dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft.
Art. 19 De vrijheid van eredienst, de vrije openbare uitoefening ervan, alsmede de vrijheid om op elk gebied zijn mening te uiten, zijn gewaarborgd, behoudens bestraffing van de misdrijven die ter gelegenheid van het gebruikmaken van die vrijheden worden gepleegd.
Art. 22
Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven en zijn gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald.
De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen de bescherming van dat recht.
Art. 22bis
Elk kind heeft recht op eerbiediging van zijn morele, lichamelijke, geestelijke en seksuele integriteit. Elk kind heeft het recht zijn mening te uiten in alle aangelegenheden die het aangaan; met die mening wordt rekening gehouden in overeenstemming met zijn leeftijd en zijn onderscheidingsvermogen. De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen deze rechten van het kind.
Art. 23 Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden. Daartoe waarborgen de wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel, rekening houdend met de overeenkomstige plichten, de economische, sociale en culturele rechten, waarvan ze de voorwaarden voor de uitoefening bepalen.
Die rechten omvatten inzonderheid :
1° het recht op arbeid en op de vrije keuze van beroepsarbeid in het raam van een algemeen werkgelegenheidsbeleid dat onder meer gericht is op het waarborgen van een zo hoog en stabiel mogelijk werkgelegenheidspeil, het recht op billijke arbeidsvoorwaarden en een billijke beloning, alsmede het recht op informatie, overleg en collectief onderhandelen;
2° het recht op sociale zekerheid, bescherming van de gezondheid en sociale, geneeskundige en juridische bijstand;
3° het recht op een behoorlijke huisvesting;
4° het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu
5° het recht op culturele en maatschappelijke ontplooiing;
6° het recht op gezinsbijslagen.
Art. 24 § 1. Het onderwijs is vrij; elke preventieve maatregel is verboden; de bestraffing van de misdrijven wordt alleen door de wet of het decreet geregeld. De gemeenschap waarborgt de keuzevrijheid van de ouders.
§ 3. Ieder heeft recht op onderwijs, met eerbiediging van de fundamentele rechten en vrijheden. De toegang tot het onderwijs is kosteloos tot het einde van de leerplicht.
§ 4. Alle leerlingen of studenten, ouders, personeelsleden en onderwijsinstellingen zijn gelijk voor de wet of het decreet. De wet en het decreet houden rekening met objectieve verschillen, waaronder de eigen karakteristieken van iedere inrichtende macht, die een aangepaste behandeling verantwoorden.
Art. 25 De drukpers is vrij; de censuur kan nooit worden ingevoerd; geen borgstelling kan worden geëist van de schrijvers, uitgevers of drukkers.
Art. 26
De Belgen hebben het recht vreedzaam en ongewapend te vergaderen, mits zij zich gedragen naar de wetten, die het uitoefenen van dit recht kunnen regelen zonder het echter aan een voorafgaand verlof te onderwerpen
Deze bepaling is niet van toepassing op bijeenkomsten in de open lucht, die ten volle aan de politiewetten onderworpen blijven.
Art. 27
De Belgen hebben het recht van vereniging; dit recht kan niet aan enige preventieve maatregel worden onderworpen.
Art. 32 Ieder heeft het recht elk bestuursdocument te raadplegen en er een afschrift van te krijgen, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden bepaald door de wet, het decreet of de regel bedoeld in artikel 134.
Wie in het verleden al eens een encounter-of-the-third-kind heeft gehad met de bestuurlijke, lokale of federale politie ( of in de toekomst hiermee nog geconfronteerd zou worden ), kan de hiervoor geciteerde wetsartikelen inroepen als verweer tegen de vaststelling van een ingeroepen inbreuk en/of een boete.
Comentários