top of page
Search

HOF VAN CASSATIE : DE WET CIVIELE VEILIGHEID...

HOF VAN CASSATIE : DE WET CIVIELE VEILIGHEID IS WEL EEN GOEDE BASIS VOOR SAMENSCHOLINGSVERBOD EN VERBOD OP ONNODIGE VERPLAATSINGEN iN OPENBARE PLAATSEN


"Volgens het Hof van Cassatie, het hoogste Gerechtshof van ons land, is er geen wettelijk probleem met het samenscholingsverbod, het verbod op onnodige verplaatsingen en het verbod om onnodig in openbare ruimtes te komen, dat vorig jaar van kracht was.


Even enkele maanden terug in de tijd. De rechtbank in Kortrijk maakt dan verschillende coronaboetes ongedaan. Het gaat om boetes die door de politierechtbank zijn uitgesproken, maar waartegen de overtreders in beroep zijn gegaan. De rechters in beroep vinden dat de overtreders gelijk hebben: volgens hen is er geen wettelijke basis voor de coronamaatregelen, en dus kunnen overtredingen van die maatregelen ook niet bestraft worden.


Die wettelijke basis is de "Wet Civiele Veiligheid" uit 2007, een wet die maatregelen mogelijk maakt bij noodsituaties. De regering baseert zich op de mogelijkheden van die wet om coronamaatregelen te nemen. Alleen krijgt ze daar kritiek voor: sommigen vragen zich af of die wet uit 2007 daar wel voor bedoeld is. Daarom moet minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) een nieuwe pandemiewet uitwerken, die een betere basis zou vormen voor langdurige noodsituaties. En er zijn nog meer rechtbanken die overtreders vrijspreken - al zijn er evengoed rechtbanken die geen enkel probleem hebben met de maatregelen. Er is dus juridische onduidelijkheid. Maar het parket van West-Vlaanderen gaat in beroep bij het Hof van Cassatie. En dat heeft vandaag al een beslissing genomen in één van de zaken uit Kortrijk. In die zaak beslist Cassatie dat de Wet Civiele Veiligheid wél een goede basis is voor het verbod op samenscholingen, voor het verbod op onnodige verplaatsingen en voor het verbod om zich op openbare plaatsen te bevinden. "


NOOT : Het is juist dat de wet civiele veiligheid een goede basis KAN vormen voor een verbod tot verplaatsing in openbare plaatsen en een verbod tot samenscholing indien voldaan is aan de voorwaarden van art.1 en 2, die het voorwerp bepalen van de wet, zijnde 1) een oorlogstoestand of 2) een catastrofe aka noodtoestand. Alle volgende artikelen hebben betrekking op maatregelen die kunnen opgelegd worden in deze twee situaties.

Maar... om van toepassing te kunnen verklaard worden is noodzakelijk dat voldaan is aan de wettelijke voorwaarden. Kortom, er moet dus een bewezen oorlogstoestand of een catastrofe zijn. Een schijn van toestand is niet voldoende.

In casu is er enkel een schijn van toestand (geweest ).

  1. de WHO heeft op 13.03.2020 een pandemie uitgeroepen ( op basis van een schatting )

  2. op basis van punt 1) is er op 27.03.2020 een volmachtwet gestemd waarin, onder verwijzing naar de pandemie, een noodtoestand werd uitgeroepen die aan de Koning de bevoegdheid gaf om gedurende een periode van 3 maanden, 1 x verlengbaar met 3 maanden, bestaande wetten te schorsen, aan te vullen, aan te passen of te wijzigen, zelfs in aangelegenheden die raken aan de Grondwet. Dit waren, op dat moment, gerechtvaardigde conservatoire maatregelen omdat niemand wist wat er ging gebeuren en welke wending de zaken zouden nemen. Het zou geen daad van behoorlijk bestuur zijn geweest om geen bewarende maatregelen te treffen om de verspreiding van het virus te voorkomen.


Maar... vrij snel is gebleken dat er helemaal geen noodtoestand was en de WHO haar oorspronkelijke inschatting foutief was ( net zoals in 2009). Het is wellicht om die reden dat de Volmachtwet van 27.03.2020 die op 30.03.2020 in voege is getreden, op 30.06.2020 NIET werd verlengd terwijl er een mogelijkheid tot verlenging met 3 maanden bestond ( in de wet zelve ).


Uit de voorliggende cijfers blijkt ondertussen ten overvloede dat er geen pandemie is en er nooit een pandemie is geweest volgens de definitie die de wetenschap hieraan geeft. Met een IFR van amper 0,038% op jaarbasis kan men bezwaarlijk spreken van een pandemie. 99,8 % van de bevolking geneest op natuurlijke wijze. De meeste positief geteste personen zijn asymptomatisch. Slechts een kleine minderheid wordt ziek ( milde versie en een heel beperkt percentage ernstig ). Uit de wekelijke epidemiologische rapporten van Sciensano blijkt dat het totaal aantal ziekenhuisopnames zeer beperkt is. tot en met 28.09.2021 (ofwel op 18 maanden tijd sedert de aanvang van de metingen ) zijn er amper 79.000 mensen gehospitaliseerd geworden in één van de 104 ziekenhuizen, de meesten dan nog voor korte duur, maximum 3 dagen ( op een totale bevolking van 11.517.000 per 01.01.2021 ).


Het Hof van Cassatie heeft zich enkel toegelegd op een theoretische discussie zonder de feitelijke omstandigheden in acht te nemen. Ik ken de juridische argumenten die de procespartijen ingeroepen hebben niet, maar vermoed toch wel dat de focus enkel gelegd is op de vordering van de eisende partij dat de hem door de Politierechtbank opgelegde boete onwettelijk is omdat de Ministeriële Besluiten ongrondwettelijk zijn ( sic : verschillende rechters hebben in die zin beslist ) en het Hof ( in navolging van het Hof van Beroep in een andere zaak ) geoordeeld heeft dat de Ministeriële Besluiten niet ongrondwettelijk zijn wegens gesteund op de wet Civiele Veiligheid die ... een goede basis vormt voor een samenscholingsverbod en verbod tot verplaatsingen. Dat er een bewezen noodtoestand moet zijn ( en deze er nooit is geweest ) is buiten beschouwing gelaten.


Zeer opmerkelijk is ook dat het Hof van Cassatie zich kennelijk niet uitgesproken heeft over het al dan niet (on)wettelijk karakter van de Ministeriële Besluiten en zich beperkt heeft tot een betoog over de toepasselijkheid van de wet Civiele Veiligheid terwijl de boete die voor het opperste Gerechtshof aangevochten werd niet haar oorsprong vond in de Wet op de Civiele Veiligheid maar.... in een Ministerieel Besluit dat voorzag in een samenscholingsverbod en hoge boetes voor wie dit verbod overtrad.

Een inperking van de Grondwettelijke rechten en vrijheden van de mens kan NIET beslist worden in een Ministerieel Besluit van de hand van één Minister en dit al zeker niet nu art. 187 GW bepaalt dat de Grondwet noch geheel noch gedeeltelijk kan geschorst worden.


Hierop is maar één afwijking mogelijk en dat is in het geval van een noodtoestand aan de Koning de bevoegdheid wordt gegeven om bestaande wetten te schorsen, zelfs in aangelegenheden die raken aan de Grondwet, maar ... dan is wel vereist dat de Koning bij Koninklijk Besluit beslist dat de Grondwettelijke Rechten en Vrijheden van de mens omwille van een noodtoestand te schorsen en alle burgers een verbod tot samenscholing en verplaatsing op te leggen. De Koning heeft in casu echter nooit zulk Koninklijk Besluit gewezen. Alle vrijheidsmaatregelen zijn beslist door één Minister, wat volkomen onwettig is.


Er is op 06.04.2020 enkel een K.B nr.1 gewezen dat voorziet in een uitbreiding van de administratief gesanctioneerde inbreuken op gemeentelijk vlak en bijzondere procedure die op deze inbreuken van toepassing is, zoals bedoeld in artikel 187 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, in de mate dat deze betrekking hebben op een weigering of verzuim zich te gedragen naar de maatregelen die met toepassing van artikel 182 van deze wet zijn bevolen ( verbod tot samenscholing en verplaatsing ).

https://lex.be/nl/doc/be/wetgeving/koninklijk-besluit-nr-1-betreffende-de-bestrijding-van-de-niet-naleving-van-de-dringende-maatregelen-om-de-verspreiding-van-het-coronavirus-covid-19-te-beperken-door-de-invoering-van-gemeentelijke-administratieve-sancties-6-april-2020-bemj_2020020733_nl

Dit K.B. maakt het hiaat aan de basis cf supra niet goed.

Volledigheidshalve : de conclusie van de VRT dat de nieuwe rechter die door het Hof van Cassatie geaddieerd is geworden niet meer zou mogen beslissen dat er geen wettelijke basis was voor de maatregelen, is niet juist. De nieuwe rechter kan hiertoe wel beslissen op grond van andere juridische argumenten dan deze die in een eerder stadium ontwikkeld werden. Het zou hoogst interessant zijn dat de eisende partij in Cassatie ( = persoon die de boete opgelegd heeft gekregen ) de hierboven geciteerde argumenten zou ontwikkelen en hieromtrent aan de eindmeet opnieuw een Voorziening in Cassatie zou ingesteld worden.

Ik ben benieuwd hoe het Hof zou oordelen als zij met deze argumenten geconfronteerd wordt ( noot : het Hof baseert zich altijd op de vorderingen en de argumenten die partijen ontwikkelen en heeft geen ambtshalve verplichting om onvolledige of foutieve argumenten aan te vullen of te wijzigen, noch zal zij ambtshalve zelf de juiste argumenten inroepen ).

In fine : het Hof van Cassatie heeft zich niet uitgesproken over de wettelijkheid van de mondmaskerplicht waartoe evenzo bij Ministeriële Besluiten beslist werd op basis van de wet Civiele Veiligheid die ... hierin niet voorziet. Ook dit belooft een zeer interessant debat te worden nu art.563bis Strafwetboek het bedekken van het gezicht ... verbiedt.

https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/09/28/cassatie-pandemiewet/

6 views0 comments
bottom of page